Vroeger was het heel bijzonder als je een kleurplaat kreeg. Meestal moest je het doen met een kleurboek, maar als de kleuterjuf een kleurplaat had gekopieerd, en die kreeg je mee naar huis, dan was dat wel echt een trofee. In die tijd telde je ook nog mee als je vader op het werk een berg kleurplaten kon kopiëren die je dan uit kon delen met je verjaardag. Of nog beter, zomaar!
Tegenwoordig gaat het iets anders. Ik schets even de situatie zoals die vanochtend plaatsvond in onze woonkamer:
“Mama, wij vervelen ons een pletter…” Vinnie valt van ellende bijna van de bank. “Mama, two djodjo de boe!” Lylaatje is het er ook mee eens. Ze zijn zat van de televisie, hebben alle autootjes al uitgestald, de klei is uitgedroogd en de leukste boerderijdieren zijn kwijt. Helaas pindakaas.
Opeens denk ik terug aan vroeger. “Willen jullie een kleurplaat?” vraag ik. “Hmm, okay,” Vinnie blijkt niet dolenthousiast. “Ja!”, roept Lylaatje gelukkig. Ik start de laptop op en vind via google de wereld aan kleurplaten. “Ik wil die van Muck!”roept Vinnie ineens blij. “Of die, en die, en die!” De interesse is duidelijk gewekt. Voor Lylaatje print ik een kleurplaat van Winny de Pooh uit, en voor Vinnie eentje van Bob de Bouwer. De kleurplaten worden met luid gejuich in ontvangst genomen.
Aan de keukentafel beginnen ze allebei wild te kleuren. Vinnie met zijn tong uit zijn mond, en Lylaatje heel ingespannen. Maar na welgeteld 4 minuten verfrommeld Vinnie zijn kleurplaat. “Vin! Wat doe je nou?” vraag ik hem. “Ach mam, het was helemaal niet goed. Ik moet een nieuwe”. “Een nieuwe?” denk ik, “dat moesten wij vroeger eens vragen!” “Maar dat kan toch niet zomaar Vin, dat is toch zonde en heel lastig,” probeer ik hem opvoedkundig toe te spreken.
“Nee hoor mam, dat is heel makkelijk. Je printert gewoon weer een nieuwe!”
Tsja, en daar gaat weer een punt ter ziele waarmee je als ouder vroeger nog kon scoren…