In de grote stad kun je je het makkelijkste verplaatsen met de fiets. We zitten er dan ook vaak op met z´n drieen. Mijn schoonmoeder vindt het maar niets, met de kinderen op de fiets door weer en wind. Zij had er dan ook zeven (kinderen, niet fietsen) en dat was natuurlijk met geen mogelijkheid op de fiets te vervoeren allemaal. Maar met twee kindjes wil het prima.
Lylaatje zit achterop, lekker beschut tegen de wind. Vinnie heeft helaas pech. Hij zit voorop en vangt zo alle wind. Hij wordt dan ook altijd het stevigst ingepakt, want het kan best koud zijn met je snoetje in de wind. Het lastige van de fiets is dat je in de winter, ik in iedergeval, wel een half uur bezig ben met aankleden en bepakken. Wat dan nog lastiger is, is dat Vinnie op het moment dat we eindelijk klaar zijn om te gaan zegt: “Euhm, mama? Ik moet weer naar de WC!” Zet dat kind dan ook voor die tijd op de WC, hoor ik je denken, maar dat heb ik dus ook al gedaan. Als dat gebeurd moeten we het hele winterpak weer uit trekken, de schoenen uit en met een beetje geluk zit Vinnie dan op tijd op de WC. En daarna begint het hele circus van aankleden en bepakken weer opnieuw. Die arme Lyla is dan intussen gesmoord, in haar warme winterpak, en is blij als er eindelijk op de fiets kunnen zodat ze weer een beetje kan afkoelen.
Wat ook best lastig is van de fiets, is dat je niet precies weet wat voor weer het wordt. Zo zat ik vandaag met mijn dikste winterjas op de fiets en ik ging letterlijk een beetje dood. Zo warm! En ik weet nu al dat als ik morgen mijn dunne jas aandoe, ik werderom een klein beetje sterf. Ditmaal van de kou.
Maar ik had hem niet willen missen, mijn mooie fiets. En ben dan ook altijd als de dood dat ‘ie gejat wordt. De fiets geeft me vrijheid om te gaan en te staan waar ik wil. Ik voel me er een soort wereldreiziger op. Nou ja, in het klein dan. Muts, hoor ik je denken.