“Naar bed, naar bed, zei Duimelot!” Meestal is dat voor mijn kindjes het startsein om heel hard weg te rennen, te verstoppen of zich met z’n tweeen op me te storten zodat ik niet meer kan op staan. Want naar bed gaan, dat vinden mijn twee aapjes maar niets. De dag kan niet lang genoeg duren, en het is immers nog licht buiten, dus waarom zouden ze dan al moeten slapen? Bang om iets te missen van al het leukst dat de wereld te bieden heeft. En toch moeten ze op bed, want van slapen wordt je groot. En ik? Voor mij is het het startsein dat mijn topsport halfuurtje in gaat. Go!
“Jongens, wie is er als eerste boven?” Elke dag is dit de enige manier om de twee kids in beweging te krijgen. Normaal gesproken is Vinnie altijd het snelste bij de trap, maar de laatste tijd is zijn zusje hem steeds vaker voor. “Kom Ly, links op de trap lopen. Nee Vin, niet inhalen! Straks vallen jullie van de trap af. Jongens, luister nou even. Vinnie, nu ophouden met inhalen, en Lylaatje naar links. Kom op!” Je zou denken dat we in twee seconden boven zijn, maar niets is minder waar, want traditiegetrouw blijft mijn kleine meid halverwege de trap stil staan om haar grote broer te pesten, die heel hard zijn best doet om als eerste boven te zijn.
“Ly, loop nou ff door meis, dalli dalli! En Vin, nou zeg ik niet weer dat je niet moet duwen. Pas op! Zometeen stoot je weer je hoofd net als gisteren. Zo, we zijn er, nu snel naar de douche. Jongens, naar de douche zei ik, niet naar de logeerkamer. Kom, dan maar eerst pyamaatjes aan. Wie weet waar de pyamaatjes liggen?” “Jaaa, ik!” juicht Vinnie. “Ikke, ikke!” roept Lyla. En ze storten zich op de pyama’s die klaar liggen op bed. “NEEE! Die mij!!” gilt Lyla alsof ze strijden om het laatste stukje chocolade. “Lyla, niet zo gillen. Kom Vin, geef haar even haar pyama terug. Nu Vin, toe. Doe jij even je pyama aan? Kom Ly, niet weg rennen!” Als ik Lyla heb gevangen, en Vinnie met een halve hand help aankleden moeten we nog tandenpoetsen en plassen.
Terwijl ik Vinnie een boekje laat uitzoeken geef ik Lyla een schone luier. “Vin, wil je ophouden met dat boek te molesteren? Ik vind het een erg mooi boek, dus het moet niet kapot. Ly, blijf liggen, straks val je er af. Vin! Wat zei ik nou over dat boek! Nou Ly, dan maar je broek achterste voren, als je niet meewerkt moet je het zelf ook maar weten. Nou, zitten allebei en koppen dicht. Dan kan mama tenminste rustig voorlezen.”
Hierna volgt nog 10 minuten discussie over welk verhaal, gevolgd door 20 kussen en knuffels en ik-hou-van-jou’s. En dan is het tijd voor bed. Als beide kindjes liggen kan ik naar beneden. Uitrusten en chips eten. Dat heb ik wel verdiend!
Weer smakelijk gelachen, well done, mamakimm