Binnenkort in het theater

“Vin, we gaan samen naar Dora. Leuk hè?”
“Maar mama, ik kijk nu ook al naar Dora.”
“Nee Vin, we gaan naar Dora in het echt!”
“Echt?”
“Ja Vin, echt. Vind je dat leuk?”
“Euhm, ja, ik denk het wel.”

“Kijk Vin, daar is het theater. Daar gaan we heen.”
“Mama? Is het theater net zoals jouw werk?”
“Een beetje wel Vin, maar dan zonder voetbal.”
“En mama? Gaan al die mensen daar heen? Naar het theater?”
“Ja vent, ik denk het wel.”

Als de voorstelling begint zit Vinnie op het puntje van zijn stoel. Hij klapt en roept luid mee en glundert erover. Als hij in de pauze even naar de wc moet, onder begeleiding van vriendinnetje-mama Barbara, vraagt hij ernstig: “Mama? Zeg je even tegen Dora dat ze moet wachten tot ik er weer ben?” Zoals het een goede moeder betaamt doe ik dat braaf. En Dora vindt het geen probleem om even te wachten.

Bij thuiskomt vraag ik Vinnie hoe hij het vond. Gelukzalig zucht hij: “Prachtig mama, ik wil de volgende keer ook meedoen. Bijvoorbeeld als er een theatershow komt met Dino’s. Dan geef ik de brachiosaurus te eten en loop ik samen met de triceratops over het toneel. En dan kunnen we dansen en zingen, net als Dora.”
Dus, wellicht binnenkort in het theater. “Vinnie en de dino’s, on tour!”